Hoe ga ik hiermee om?
Coping
Coping is het Engelse woord voor op jouw eigen manier omgaan met moeilijke dingen.Bijvoorbeeld met pijn, emoties en stress. Iedereen heeft een eigen manier om daarmee om te gaan. Sommige mensen werken heel actief aan dingen. Op het moment dat dingen moeilijker gaan dan ze verwachten, verzinnen ze een oplossing of vechten ze voor verandering. Of ze zoeken hulp, bijvoorbeeld bij hun mentor of een psycholoog. Anderen hebben een passieve, afwachtende manier van omgaan met moeilijke dingen. Ze schrijven bijvoorbeeld hun problemen op een blaadje of een dagboek. Of ze denken: Ik wacht nog even af, misschien wordt het beter. Er is geen goede of foute manier, iedere situatie vraagt iets anders. Vaak helpt het wel om meerdere dingen te proberen.
Oefening
Omgaan met stress
Denk eens na over hoe jij omgaat met stress. Wanneer er iets moeilijks is, wat doe jij dan? Zijn er manieren van omgaan met stress die jij zou willen proberen?
Kies eens wat het beste past bij jou?
Wanneer ik helemaal gestrest ben door te veel huiswerk, dan ga ik…
- niks meer doen want ik krijg het toch niet af.
- nog harder werken, dan maar wat minder slapen.
- naar mijn klassenmentor om te zeggen dat dit zo niet meer kan, al dat huiswerk.
Als ik voor de zoveelste keer mijn sporttas heb laten staan, dan ga ik...
- wachten tot volgende week, ik hoop dat hij er dan nog staat.
- meteen terug naar de sportvereniging, kijken of hij er nog staat.
- bellen met de mevrouw van de kantine, en vraag of zij hem tot morgen wil bewaren, dan kom ik daar toch in de buurt.
Oefening
Video
Ben je ouder dan 16 jaar? Bekijk dan eens de volgende documentaire. Een voorbeeld van een actieve copingstijl zie je bij Ajna, in de documentaire: ‘De onzichtbare kinderen van Bosnië’.
Jij en je moeder
Misschien heb je een goede band met je moeder, ook al is er een moeilijk verhaal rond jouw geboorte. Maar misschien begrijpen jullie elkaar niet goed en lukt het niet om met elkaar te praten. Of misschien heb je veel zorgen over haar. Als kind merk je snel wanneer het niet zo goed gaat met je moeder. Misschien heb je vaak geprobeerd om je moeder op te vrolijken. Dat is vast niet altijd gelukt. Soms word je daar verdrietig of onzeker van.
Het is fijn om een goede relatie te hebben met je moeder, dat je respect en waardering voor elkaar hebt. En dat je bij haar terecht kan als er iets is. Misschien is dit wel extra belangrijk voor je, omdat je vader er niet is. Een goede relatie met je moeder gaat soms niet vanzelf. Je kunt aan iemand van het wijkteam vragen om met jullie te komen praten. Ook kan het helpen om eerst samen stil te staan bij jullie relatie, bijvoorbeeld met behulp van deze oefeningen.
Oefening
Samen iets doen
Verzin iets wat je met je moeder kunt doen. Bijvoorbeeld samen koken, een gerecht wat zij van haar moeder heeft geleerd en jou wil leren. Samen goede herinneringen ophalen waarbij jullie beiden plezier hadden... of gewoon samen iets kijken op tv wat jullie allebei leuk vinden.
Oefening
Maak een gezamenlijke thermometer
Kies samen met je moeder een moment uit, waarop je allebei tijd hebt (zeker een uur). Teken een thermometer zoals op het plaatje links. Maak een deel rood, een deel oranje en een deel groen.
Begin bij het rode stuk, dat zijn de momenten dat het niet goed gaat tussen jou en je moeder. Wanneer hebben jullie ruzie? Wat doen jullie dan? Hoe voelen jullie je dan? Krijgt een van jullie dan lichamelijke klachten, zoals misselijkheid, buikpijn of hoofdpijn? Schrijf het allemaal naast de thermometer.
Dan is het groene stuk aan de beurt: Op welke momenten gaat het goed tussen jullie? Denk aan: samen lachen, iets samen doen, samen praten. Schrijf naast de thermometer hoe je je dan voelt.
Nu komt het oranje stuk: Weet je moeder of jij wanneer je van groen naar oranje gaat? Hoe begint dat? Is een van jullie dan meer gestrest? Hoe merk je dat? Misschien merk je dat een van jullie, of allebei, meer of harder gaan praten, of je merkt het aan gebaren die je moeder of jij maken. Of jullie praten juist helemaal niet meer.
Het helpt als je samen rood, oranje en groen goed kent. Dan kun je ook zorgen dat je weer naar groen gaat als je in oranje bent. Het helpt dan om af te spreken om te stoppen of even een pauze te nemen. Je kunt samen een woord of gebaar afspreken waardoor duidelijk is dat het tijd is voor pauze. En later neem je weer contact met elkaar op om te zorgen dat je in het groene deel komt.
Hulp
Als je stress hebt of als je jezelf op een andere manier niet fijn voelt, is het meestal beter om niet af te wachten tot het over gaat. Het kan helpen als je met iemand praat. Met een vriend of vriendin of met je moeder, een leraar op school, of misschien je sporttrainer. Zij kunnen je helpen om goede hulp te vinden als dat nodig is. Misschien is er in jouw buurt een jongerenwerker. Met die persoon kun je zelf een gesprek aanvragen. Jongerenwerkers zijn gewend om met jongeren over moeilijke dingen te praten en ze kennen de weg naar hulp. Je kunt ook een afspraak met je huisarts maken als je jezelf erg rot voelt of als je veel zorgen hebt. Ook je huisarts kan de weg wijzen naar passende hulp.
Op scholen voor voortgezet onderwijs of vervolgonderwijs werkt vaak een zorgcoördinator of een schoolmaatschappelijk werker voor leerlingen met bijzondere vragen. Je kunt het op de website van je school vinden. Als je het moeilijk vindt om erover te beginnen kun je hen vertellen over deze website. Je kunt ook de Kindertelefoon bellen. De medewerker van de Kindertelefoon luistert naar je, ook als je helemaal anoniem (zonder je naam te noemen) wilt praten.
Tot slot een oproep
Als jij jezelf herkent als een kind dat geboren is uit seksueel geweld, wil je dan je ervaringen met ons delen? Wij willen heel graag van jou horen wat dit betekent voor je leven. Wat helpt jou en wat helpt jou juist niet. En is deze website behulpzaam geweest voor jou? Dit kan ons helpen om onze kennis te verbreden en deze website te verbeteren. Hopelijk kunnen daar andere kinderen die in een zelfde situatie zitten mee worden geholpen. Je kunt contact met ons opnemen via MomS@reiniervanarkel.nl.